Deze 30 opdrachtkaarten zijn te gebruiken voor de beweegvormen: 

• Vliegenmeppen
• Propjesregen
• Vangbal 
• Parcours 
• Speurtocht 

Wil je een Levend Kahoot spelen met dit lesdoel? Download deze onderaan de les. 

Kies met welke beweegvorm(en) je het leerdoel gaat oefenen. Voor elke beweegvorm heb je deze 30 opdrachtkaarten nodig. Behalve voor de Levend Kahoot, daar heb je de Levend Kahoot presentatie voor nodig. Verder heb je per werkvorm nog andere materialen nodig. Lees hiervoor de instructies van de beweegvormen. De link naar alle instructies vind je onderaan deze les. 

• Vliegenmeppen:     Blanco mepkaarten +  vliegenmeppers
• Propjesregen:          Werkblad propjesregen
• Vangbal variant 1:  Strandbal met insteekvakjes
• Vangbal variant 2:  Moosegummi balletjes
• Speurtocht:              Speurkaarten + pionnen met insteekvakken
• Parcours:                  Materialen parcours + pionnen met insteekvakken
• Levend Kahoot:       Presentatie Levend Kahoot + digibord

Daarnaast kun je voor extra beweging onze minigames inzetten. Ook de minigames zijn te downloaden in de instructies van de beweegvormen. 

Ook zijn er in de instructies ”beweegkaarten” te downloaden. Deze kun je bekijken om te zien welke bewegingen aansluiten bij het niveau van de leerlingen. 

• Print en knip de opdrachtkaarten zo vaak als nodig. Dit varieert per groepsgrootte en per beweegvorm. Bekijk de instructie van de beweegvorm om te weten hoeveel opdrachtkaarten je nodig hebt. 
• Denk na over de inzet van leerlingen; materialen klaarzetten, opdrachtkaarten knippen of opdrachtkaarten schrijven. 
• Kies of je de opdrachtkaarten vaker gaat gebruiken, zo ja? Lamineer deze voor vaker gebruik. 
• Bekijk welke materialen je nodig hebt naast de opdrachtkaarten. Zie hiervoor de instructie van de beweegvorm(en) die je gaat spelen. 
• In de instructies lees je ook hoe de beweegvorm werkt, hoe je kunt differentiëren in beweging en in lesstof en hoe je de les kunt controleren. 
• Ga je de beweegvorm ”Vliegenmeppen” spelen? Zorg dat elke leerling een set blanco mepkaarten heeft (zie instructie vliegenmeppen). Lamineer deze blanco mepkaarten, zodat leerlingen altijd een set klaar hebben liggen. Zie onderaan deze les wat de leerlingen op hun mepkaarten schrijven. 

• Als de leerlingen de beweegvormen kennen, kun je de opdrachtkaarten oefenen met verschillende beweegvormen. 
• Zet 4 beweegvormen klaar en laat leerlingen doorwisselen na 5-10 minuten. 
• Lees hierover meer in de instructie circuitles.